woensdag 7 oktober 2015

HUIZE SCHAAMROOD IN SCHEEMDA



De kop boven deze blog luidde oorspronkelijk ‘Fietsen in Duitsland is een feest’  De kop die er nu boven staat heb ik deels geleend van de column van René Cuperus in de Volkskrant van maandag 5 oktober.
Het blijft een feit: fietsen in Duitsland is een feest. Heerlijke landschappen, prima fietspaden, vriendelijke mensen.
Zijn Duitsers voor alle fietsers zo aardig? Of vooral voor buitenlanders op de fiets? Waar zagen ze aan dat we buitenlanders waren? Omdat we zo zwaar bepakt en bezakt waren? Hoe dan ook, we voelden ons zeer welkom in Duitsland.
Als we even stil stonden om het routeboekje van de Radweg te raadplegen, stopte er vaak een vriendelijke automobilist met de vraag of ie ons kon helpen.
Natuurlijk. ook in Nederland heb je hulpvaardige mensen. Maar hoe vaak krijg je naar je hoofd geslingerd: HÉ KLOOTZAK, GA AAN DE KANT MET DIE FIETS, JE STAAT MIDDEN OP EEN KRUISPUNT
Op elk kruispunt, bij de oversteek van elke onoverzichtelijke rotonde: als fietser krijg je voorrang, auto’s stoppen altijd.
In elk dorp kwam je wel iemand tegen die aan je gezicht zag dat je op zoek was naar de dichtstbij zijnde bakker.
Kwamen we een inheemse fietser tegen (steeds meer Duitsers lijken de fiets te ontdekken) van wie we, ondanks de goede bewegwijzering, toch even de goede richting wilden weten, dan liet die ons de keuze tussen de mooiste of de snelste route.
De Nederlandse fietsknooppunten: ideaal systeem, maar alleen voor fietsers. Mocht je een knooppunt missen, vraag het nooit aan een localo: FIETSKNOOP-WAT? 26? MOET DAT HIER ZIJN? NOOIT VAN GEHOORD. RIJ MAAR GEWOON RECHTDOOR

Het stortregende de hele dag en we besloten een stuk van de route met de trein te doen. Op het kleine station zaten échte lokettisten, échte mensen van het spoor, die de tijd namen om met ons mee te denken over de beste en voordeligste route. “Haben Sie een foordeeloerenkart? Dann kann es noch billiger!”
Vaak staken mensen ons een helpende hand toe als we onze veel te zwaar bepakte fietsen trap-op trap-af moesten slepen naar een ander perron.
Natuurlijk, ook in Nederland loopt er wel eens een behulpzame NS’er op een station, maar meestal is het:  KAARTJES? ALLEMAAL IN DE AUTOMAAT. DAAR JA, EINDE PERRON. FIETSKAARTJES? ALLES IN DE AUTOMAAT.

Fietsen in Duitsland. Zó mens- en milieuvriendelijk, zó gastvrij, dat we in een onbeschaamd en door geen Duitser opgemerkt ogenblik ons afvroegen: “Hebben jullie soms wat goed te maken…?”
’s Avonds op een kleine camping raakten we aan de praat met een groep vrienden die een vrijgezellenweekend vierden omdat een van hen ging trouwen. Luidruchtige Duitsers, vooral als ze drinkliederen gaan aanheffen, ga ik liever uit de weg. Maar deze jongens hadden een weemoedige en sentimentele dronk.
Met één van hen, net afgestudeerd als jurist in Hamburg, werd het contact wat persoonlijker. We hadden al afgesproken om elkaar te tutoyeren. ‘Duzen’ is heel wat voor een Duitser, zeker voor een jonge Duitse jurist. Toen we afscheid namen, wilde hij nog één vraag stellen:
‘Zeg eens eerlijk, hebben jullie een hekel aan ons?”
We snapten niets van de vraag. Hoezo, een hekel?
“Omdat we Duitsers zijn…?”, stamelde hij, haast onderdanig.

René Cuperus in De Volkskrant van 5 oktober:
‘In Nederland is sprake van een tamelijk lauwe, timide en wantrouwige welkomstcultuur. En er is dus die massale volksopstand gaande in de peilingen. Volgens Maurice de Hond heeft de PVV momenteel zelfs een potentieel tot wel 45 zetels. Wat gaat hier mis? Waarom bestaat juist in Nederland zo’n weerzin tegen vluchtelingen? Geen welkomstcultuur, maar een ‘rot-op-cultuur’


Dat hartgrondige wantrouwen tegen vluchtelingen doet denken aan het eind van de jaren ’30, toen duizenden Duitse Joden (onder wie de familie Frank) naar Nederland vluchtten omdat het hier veiliger zou zijn. Ook toen al werden talloze ‘gelukzoekers’ terug over de grens gezet. Nota bene op kosten van de Joodse gemeenschap werd in 1939 in Drenthe, toen nog echt het land van turf, jenever en achterdocht, een asielzoekerscentrum vol tochtige barakken opgericht. Dat was in Westerbork…
Wat hebben we veel goed te maken, hier in Nederland en in Duitsland.

Aan het eind van onze vakantie fietsten we in Oost Groningen de Duits-Nederlandse grens over. Na ruim een uur fietsen zochten we in Scheemda, maar het had ook in Beerta kunnen zijn, een cafetaria wegens onbedaarlijke zin in patat en croquetten.
De eerste snackbar waar we langs reden bleek die maandagmiddag gesloten. Ik vroeg aan een winkelier aan de overkant of er misschien nog een andere cafetaria of een restaurant open was. Zag of hoorde hij, wellicht aan onze accentloze uitspraak van het Nederlands of aan onze zwaar bepakte fietsen, dat we geen autochtone ‘Scheemders’ maar vreemdelingen waren?
HIER AAN DE OVERKANT
“Ja, maar die is dicht”
DAN IS ALLES DICHT
“Misschien een restaurant of een eetcafé?”
IK ZEG TOCH DAT ALLES DICHT IS OP MAANDAG
“Nou, in de stád Groningen zijn de meeste cafetaria’s open op maandagmiddag”
JE DOET DUS OF SCHEEMDA EEN ACHTERGEBLEVEN GEBIED IS
“Dat doe ik echt niet. Waarom zou ik iets tegen Scheemda hebben?”
IK ZEG JE: ALLES IS DICHT
Ik maakte een eind aan de conversatie met een cynisch “Nou, welkom in Scheemda”.
ROT DAN OP


Opeens schoot me een fragment uit een oude voorstelling te binnen van Neerlands Hoop in Bange Dagen (hoe actueel kan een titel zijn...) met Bram en Freek: over een inzamelingsactie voor 'Huize Schaamrood in Scheemda'. Het had ook Huize Beerput in Beerta kunnen zijn.

4 opmerkingen:

  1. Wat leuk om te lezen dat je ook aan het langeafstandfietsen bent geslagen. Welke 'Radweg' heb je gefietst?

    Wij hebben in 2013 de Reitsma-route, in 2014 de Groene Weg route en dit jaar de Limes-route gefietst.
    Leuk om een keer ervaringen uit te wisselen?

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wat een gedegen verhaal #wehebbenookdenkendenederlanders

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Wat zet je dat weer toch weer scherp neer. Dit stukje direct doorsturen aan de burgemeester van Scheemda :)
    Groet, uw collega Voorzitter

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Het arme Scheemda is vijf jaar geleden ingelijfd door Winschoten onder de naam Oldambt... De burgemeester heet Smit en is geen familie, voor zover mij bekend. Ik zal de blog zeker doorsturen!

      Verwijderen